Pauline Meurs: meer waardering voor ziekenhuiszorg

08-08-2019

Er moet meer waardering komen voor de ziekenhuiszorg

Een leeswaarschuwing vooraf voor degenen die veel klagen over de Nederlandse gezondheidszorg, dit wordt een jubelverhaal over de zorg in het ziekenhuis aan de hand van mijn eigen ervaring.

 

Kort geleden ben ik geopereerd in een topklinisch ziekenhuis in het midden van het land, gespecialiseerd in hartchirurgie. Deze ervaringen hebben mij weer doen beseffen hoe trots we mogen zijn op de wijze waarop de ziekenhuiszorg in Nederland is georganiseerd. De professionaliteit van de artsen, de verpleegkundigen, de zorgassistenten of bijvoorbeeld de fysiotherapeuten is ongeëvenaard. De klachten over lange wachtlijsten, omvangrijke bureaucratie, slechte communicatie of een gebrek aan empathie bij de zorgverleners horen we al vaak genoeg. Hoog tijd voor een ander geluid.

 

De aanloop naar de operatie verliep eerst met horten en stoten. Maar na wat onduidelijkheid trof ik een zeer toegankelijke planningsafdeling en medewerkers die zoveel mogelijk met mijn wensen rekening wilden houden. Immers, niet alleen de cardiochirurg heeft een volle agenda, maar ik ook. Dat was eerst even wennen: ik stond ‘in de planning’, was de eerste mededeling zonder nadere toelichting. Maar al snel was er begrip voor mijn wens om preciezer te weten wanneer de hartoperatie zou plaatsvinden, en voor het feit dat ik de regie over mijn agenda wilde houden. Uiteindelijk is dankzij goed overleg en wederzijds begrip een datum gepland die de cardiochirurg en mij goed uitkwam.

 

Protocol
De opname verliep geheel volgens planning. Een zeer ervaren en kordate verpleegkundige deed de intake. Ook hier was het goed om te ervaren hoe de verpleegkundige rekening hield met mijn wensen. Ik was bij de voorbereiding al goed voorgelicht. De verpleegkundige volgde op hoofdlijnen het protocol, maar hij wist perfect in te spelen op mijn vragen. De essentie van professioneel handelen is het protocol kennen en weten wanneer je ervan moet afwijken. Dat deed deze verpleegkundige met een kwinkslag.

 

Ook was het fijn om de humor niet te vergeten als de situatie ernstig is. De operatie zelf heb ik uiteraard niet bewust meegemaakt, maar wel de ontvangst op de operatiekamer door de hartchirurg en zijn team van negen personen. Er was een voorstelronde van alle betrokkenen en ik kreeg de mededeling dat ‘we voor de hele marathon gaan’. ‘Voor mij is een halve het hoogst haalbare’, riep ik nog. Maar half werk is niet aan de orde bij dit team was het antwoord. Een geruststellende gedachte voor het inslapen.

 

De hartoperatie zelf is perfect verlopen. De hartklep kon gerepareerd worden en twaalf uur later kreeg ik dit goede bericht van mijn echtgenoot dat de operatie geslaagd was. Mijn echtgenoot was direct na de operatie door de cardiochirurg geïnformeerd over de positieve afloop. Enkele dagen later heb ik de cardiochirurg zelf gesproken.

 

Mijn operatie was een mooie combinatie van technisch vernuft, een hoge mate van specialisatie, de ambitie om voor de beste prestatie te gaan, en aandacht voor de patiënt en haar familie. High tech én high touch in praktijk gebracht, met een grote mate van vanzelfsprekendheid. En dat gold zeker ook voor de verpleegkundigen van de IC-afdeling, waar ik de eerste nacht doorbracht.


De eerste dagen na de operatie waren niet makkelijk, maar dankzij de goede zorg van de verpleegkundigen op de verpleegafdeling was het draaglijk. Het verpleegkundig beroep is veelzijdig met veel zichtbare maar ook onzichtbare aspecten.


Juist die onzichtbare aspecten maken het verschil voor de patiënt: even langskomen aan het bed, een klein praatje maken, het kussen opschudden. Maar ook helpen bij het innemen van een grote hoeveelheid medicijnen, of meelopen op de gang om alvast te oefenen. Hoewel ik in die week meer dan twintig verpleegkundigen heb meegemaakt, heb ik me nooit een nummer gevoeld en is er telkens een moment van contact – hoe summier ook –geweest.


Professioneel handelen betekent het midden weten te houden tussen afstand en nabijheid. Even een praatje over de volgende stap in de loopbaan van de verpleegkundige bijvoorbeeld, of over verdere specialisatie in het beroep of over het opnemen van ouderschapsverlof. En aan mij werd bijvoorbeeld gevraagd waar ik woon, of wat voor werk ik doe. De belangstelling in mij was niet teveel, maar net voldoende om je als patiënt gezien te weten.

 

Drievoudig perspectief
Eén bijzondere ervaring wil ik niet onbenoemd laten. De functie van zaalarts wordt op deze afdeling vervuld door verpleegkundig specialisten. De verpleegkundig specialist blijkt uitstekend toegerust om deze functie te vervullen. De verpleegkundig specialist had overzicht over de totale behandeling, specialistische kennis op het gebied van de cardiochirurgie en inzicht in het beginnend herstel van de patiënt op de afdeling. Deze combinatie van competenties is goud waard. Want niet alleen de medische kant maar ook de verpleegkundige kant en het algehele welbevinden van de patiënt komen ter sprake. En juist dat drievoudige perspectief is essentieel voor een patiënt om beter te worden.

 

En dan zijn er ook nog alle paramedici – zoals de fysiotherapeuten of laboratorium- en radiologiemedewerkers – die voor je klaarstaan, en vrijwilligers, die je op de afdeling helpen.

 

Als patiënt wilde ik - eerder dan medisch verantwoord was - naar huis. Zacht maar beslist is de regie mij uit handen genomen. Dat was even wennen, maar in alle opzichten leerzaam en zeker beter voor mijn herstel. Is er dan niets te verbeteren in de ziekenhuiszorg? Zeker, maar daarover een andere keer.

Illustratie: Hein de Kort voor Het Financieele Dagblad

Illustratie: Hein de Kort voor Het Financieele Dagblad

Deze column verscheen op 7 augustus 2019 in Het Financieele Dagblad 

Terug